Sporten, een gevecht tegen de tijd
Het is een ijzeren wet dat voldoende beweging een must is om gezond te blijven. Alleen minder én gezond eten helpt niet. Dus ook niet bij mij. Sinds april 2011 sport ik drie keer per week en ik haat elke minuut ervan! Ik zou graag een van die mensen zijn die huppelend de sportzaal binnenlopen maar helaas....het zit er niet in. Eruit wel maar erin niet!
Het begint al bij de planning van de week. Wanneer ga ik, hoeveel tijd heb ik en vooral hoeveel tijd wil ik er aan besteden? Dan het omkleden in een drukke kleedkamer, alles wat je niet nodig hebt in een kastje proppen, en alles wat ik wel nodig heb om mijn nek, in mijn handen en onder mijn arm. In de sportzaal zie ik alleen maar mensen die met plezier aan het sporten zijn terwijl ze het helemaal niet nodig hebben zo te zien. Ik vind dat een raar fenomeen.
Mijn oefeningen begin ik met 12 minuten opwarmen op de fiets. Een saaie oefening die precies doet wat er is beloofd, je wordt opgewarmd. Op de fiets neem ik wel de tijd om rond te kijken om te zien wat anderen doen. Een leuk sociaal gesprekje zit er niet in want iedereen is bezig met zijn eigen lijf en eigen ellende. Tegenwoordig neem ik mijn e-reader maar mee en dat helpt.
Het volgende marteltoestel is de loopband en de verhuizing kan beginnen. Mijn handdoek gaat mee, mijn flesje, de trainingssleutel met mijn programma er op. Mijn e-book niet vergeten! Dan op jacht naar de juiste loopband want ik wil ook niet overal te kijk staan. Ik neem een voorproefje op mijn training door een felle aanloop naar het toestel omdat iemand anders dreigt hem in te pikken. Hier ook eerst 2 minuten warm lopen (terwijl het zweet al op mijn voorhoofd staat.) Dan begint het serieuze werk. Met een snelheid van 6 kilometer per uur moet ik dertig minuten lopen. Na 10 minuten zweten durf ik weer op de klok te kijken om te constateren dat er nog maar 4 minuten voorbij zijn!
Elke minuut duurt en duurt en duurt. In mijn hoofd probeer ik van alles te verzinnen om maar niet aan de klok te denken. Wat eten we vandaag, geen goeie gedachte, wat ga ik straks doen, dat is al beter. Elke minuut gaat martelend langzaam voorbij. Mijn handdoek valt natuurlijk weer op de grond. Probeer die al lopend maar eens op te rapen. Ik neem weer eens een slokje water. Ik frutsel wat aan mijn shirt, en kijk als een zombie uit het raam. Om de saaiheid te verdrijven stel ik mijn programma soms bij. Ik sjoemel niet, dat is mijn eer te na, maar ik stel de helling zwaarder, of ik ga een stuk rennen. Alles om de tijd maar sneller te laten verlopen. Er zijn momenten dat mijn gedachten wegvloeien, magische momenten waarbij het lijkt alsof alles vanzelf gaat. Magisch maar helaas zeldzaam.
Na 15 minuten ben ik op de helft, Hoera! Na twintig minuten spreek ik mezelf moed in, het grootste gedeelte zit er op! 28 minuten.....ff doorzetten....30 minuten Cooldown! Mijn favoriete onderdeel van de hele training.
Ik mag nu een cappuccino nemen en een beetje bijkomen. Beneden in de kleedkamer begint de worsteling weer maar nu andersom. Douchen en afdrogen in een ruimte waarin je er niet op je best uit ziet. Strakke kleding over nog vochtige rug en dijen, mijn haren in pieken op mijn hoofd mascara als een wasbeer onder mijn ogen. Een toestand waarin ik mezelf niet eens aan mijn eigen vent laat zien.
In de spiegel zie ik waarom ik toch weer elke week naar de sportschool ga. De tijd heeft mijn billen laten hangen maar de tijd in de sportschool heeft ze weer strakker gekregen.Mijn hartslag is rustig, blozende wangen en heldere ogen. Mijn eerst wat gebogen houding is nu fier rechtop want het doet wel wat met je hoofd hoor, zo'n training. Ik ben een volhouder, een vechter, ik ben gewoon een supermens die deze 45 minuten durende marteling toch maar mooi elke keer weer uitvoert!
Ik ga dus verder met sporten, tegen heug en meug! De resultaten worden beter, mijn humeur ook, nu nog het plezier! De tijd zal het leren.